Cultuur

Net als in de rest van de Cariben is gevarieerde cultuur van de Dominicaanse Republiek ontstaan uit verschillende invloeden. De oorspronkelijke Taíno cultuur heeft zich vermengt met onder andere Spaanse, Afrikaanse en Franse elementen. Dit is te merken in de keuken, taal, levensstijl, en gewoontes van de Dominicaanse Republiek. Zo is de Spaanse taal, het Castellano, de officiële spreektaal. Terwijl ook Engels , Frans, Duits, Italiaans en Chinees veel worden gesproken. Ook in het geloof is de vermenging van culturen zichtbaar. Het grootste deel van de gelovige bevolking is namelijk Christelijk. In de cultuur van de Dominicaanse Republiek betekent dit een mix van Rooms-katholicisme en elementen van Afrikaans gewortelde religies. De volgende voorbeelden laten zien dat deze samenwerking van culturen in de Dominicaanse Republiek veel leuke bezienswaardigheden oplevert.




Specifieke voorbeelden:

Carnaval
Het grootste en meest uitbundige feest van de Dominicaanse Republiek is carnaval. Al voor de Europese kolonisatie vierden de Taíno hun eigen feesten met kleurrijke maskers. De Spanjaarden wilden deze “heidense” traditie rechtvaardigen door er een Christelijke achtergrond aan te geven. Tot op de dag van vandaag wordt het feest gebruikt om even (een volle maand!) los te breken van de alledaagse beslommeringen.

Muziek
De Merenque is de meest voorkomende muziek op de Dominicaanse Republiek. Ook deze muzieksoort is ontstaan uit een combinatie van Europese en Afrikaanse invloeden. De muziek wordt over de gehele Dominicaanse Republiek gespeeld door authentieke driemanbandjes. Vast en zeker zul je ook mensen zien dansen op deze muziek. De Dominicanen leren je graag mee te bewegen op hun klassiekers.

Sport
In de Dominicaanse Republiek is honkbal de meest geliefde sport. Spelers uit dit land worden tot de beste ter wereld gerekend. De Dominicanen hebben na Amerika dan ook de meeste spelers in de hoogste honkbal klasse van Amerika. Naast honkbal is in de Dominicaanse Republiek ook boxen erg populair.

Geschiedenis

Voor zo’n 5000 jaar voordat Columbus voet zette op wat wij nu de Dominicaanse Republiek noemen, werd het eiland bevolkt door Taíno indianen. Historici hebben de herkomst van dit volk teruggeleidt naar indianen uit Centraal-Amerika en een volk uit Zuid-Amerika rond Venezuela. Hoe talrijk de Taíno waren, is niet helemaal duidelijk. De schattingen hierover lopen uiteen van een paar duizend tot een paar miljoen. De taal die werd gesproken is meegekomen met de Zuid-Amerikaanse Arawak stammen.

Net als andere vroegere beschavingen hadden ook de Taíno hun eigen mythes en verhalen. Hiermee werden natuurverschijnselen verklaard. De oorspronkelijke bewoners van de Dominicaanse Republiek geloofden in een schepper genaamd Yaya. Die zij afbeeldden in driepuntige stenen. De Taíno noemden het gebied van de Dominicaanse Republiek en Haïti Quisqueya. Zij waren georganiseerd in vijf politieke eenheden, die samen vormden wat wij nu de overheid zouden noemen.

Toen Columbus aan het eind van de 15e eeuw met zijn ontdekkingsreizen was begonnen, was de Dominicaanse Republiek niet het eerste land dat hij aandeed. Eerder zette hij al voet op de Bahamas en op Cuba. Maar als we zijn dagboek mogen geloven was hij veruit het meeste onder de indruk van het paradijs op Hispaniola. Aanvankelijk werd Columbus hartelijk ontvangen op het eiland. Dit is achteraf geen verassing wanneer je bedenkt dat Taíno in hun eigen taal ‘goed’ of ‘nobel’ betekend. Maar vanaf het moment dat zijn Spanjaarden goud op het spoor waren, ging het mis. Omdat een van zijn schepen was vergaan, konden niet alle leden van de expeditie mee terug naar Spanje. Daarom werd de eerste nederzetting van de Cariben, La Fortin de Natividad gesticht. Al snel brachten de Europeanen bacteriën mee waartegen de Taíno niet waren opgewassen. Velen stierven en anderen werden als slaaf aan het werk gezet bij de goudwinning.

Ontwikkeling

In het begin van de 17e eeuw waren er nog maar weinig Spanjaarden te vinden op het eiland. Vooral het noordwesten was tegen deze tijd verlaten. De Fransen wilden een graantje mee pikken in het Caribische gebied en koloniseerden een deel van het eiland, dat toen al vaak Santo Domingo (naar de hoofdstad) werd genoemd. Vervolgens werden er duizenden Afrikaanse slaven naar het eiland gebracht, die aan het werk moesten in suikerplantages. Hierdoor werd de huidige Dominicaanse Republiek een van meest welvarende kolonies in de wereld. Er ontstonden echter onenigheden tussen de Europeanen en de gemengde bevolking. En geïnspireerd door de gebeurtenissen rond de Franse Revolutie ontstond er een opstand geleid door de kleurling Toussaint L’ouverture. Hij claimde uiteindelijk de macht over het eiland. Al snel werden vele slaven bevrijd. Maar Napoleon, die toen keizer de Frankrijk was, was het er niet mee eens dat zijn kolonie geleid werd door een Afrikaan. Hij stuurde een expeditie die de macht moest grijpen. Dit plan was echter een grote mislukking en de zwarte bevolking verklaarde zich onafhankelijk door de Republiek van Haïti te stichten op het westelijke deel van Hispaniola.

Nadat het eiland in 1809 terug in handen van de Spanjaarden kwam, ontstonden er conflicten met buurland Haïti. In 1822 nam de bevolking van deze staat ook het oostelijke deel van het eiland in. Omdat de Dominicanen geen controle meer hadden over de politieke en economische macht ontstond er verzet tegen de overheersing door Haïti. Juan Pablo Duarte startte de verzetsbeweging La Trinitaria. Na enkele aanvallen op het leger van Haïti en door interne kwesties, trok de overheerser zich terug. Op 27 Februari 1844 werd de onafhankelijkheid verklaard en werd de naam “República Dominicana” voor het eerst ingevoerd. Een lange periode van burgeroorlogen brak aan totdat de gedwongen Amerikaanse incorporatie van 1916 enige stabiliteit bracht. Er werd een leger opgericht met als leider de dictator Trujillo. Hij voerde jarenlang een schrikbewind waarbij hij zichzelf verrijkte ten koste van de gehele bevolking. Toen in 1961, met zijn liquidatie, een eind kwam aan de onderdrukking, ervoer het volk dit dan ook als een bevrijding. Vanaf die tijd werd, op steeds eerlijkere wijze, het democratische systeem gehanteerd.